1. CELLULAIRE BIOSTIMULATIE – ATHERMIE
    De voortgebrachte hoogfrequente energie wijzigt de permeabiliteit van het cellulair membraan, zelfs bij de niet-thermische toepassing. Dit verhoogt de intra- en extracellulaire ionenuitwisseling en zorgt voor effectieve weefselregeneratie. De stofwisseling verhoogt en de zuurstoftoevoer naar de cellen wordt gestimuleerd.
  2. MICROCIRCULATIE – THERMIE (vascularisatie)
    De verhoogde microcirculatie vervolledigt de biostimulatie en voorziet het weefsel van de elementen die het nodig heeft om zichzelf te regenereren. Capillaire vasodilitatie voedt en voert zuurstof naar het weefsel en verbetert de veneuze en lymfatische reabsorptie.
  3. HYPERACTIVERING – HYPERTHERMIE
    De hyperactivering verhoogt aanzienlijk de cellulaire stofwisseling en activeert het herstructureringsproces in het weefsel om fibrose te bestrijden. Het weefsel wordt geherstructureerd, zelfs in chronische gevallen waarbij er al een tijd sprake was van fibrose (gevolgen van traumatisch letsel, artrose)